Rust in de bijenstal?

Ogenschijnlijk is het rust in de bijenstal in de wintermaanden. Veel mensen denken dan ook dat de bijenvolken in winterslaap zijn. Dat is echter niet het geval. De volken zijn volop in leven. De koningin is vanaf begin december wel een tijdje gestopt met het leggen van eitjes. Als de temperatuur lager dan tien graden is, dan blijven de bijen in  de bijenkast.

Het is dan te koud is om te vliegen en de bijen zouden buiten dan ook makkelijk verkleumen en dood gaan. Als het kouder is dan vijf graden, kruipen  de bijen in de bijenkast heel dicht bij elkaar en vormen een soort bol. Dit wordt de wintertros genoemd. Midden in de tros is het 35 graden Celsius  en houden de bijen elkaar en het eventueel aanwezige broed met jonge bijen warm. Ze bewegen zich langzaam rond zodat iedere bij altijd even aan de koele buitenkant van de tros komt om zich daarna weer in de warmte te begeven.
Wanneer de buitentemperatuur boven de tien graden komt wordt de tros “losser” en gaan de eerste bijen al vliegen op zoek naar bloeiende planten en bloesems om stuifmeel te verzamelen. Jazeker, in januari zijn er al bloeiende planten en de bijen weten ze te vinden. In januari vliegen ze o.a. op de bloeiende  hazelaar, de paarse dovenetel, sneeuwklokjes en madeliefjes.  Zo gauw er weer wat  stuifmeel binnengebracht wordt is dat voor de koningin het signaal om weer te beginnen met het leggen van eitjes. Meestal is dat in de loop van januari en zo groeit langzaam maar zeker het broednest.

De imkers hebben in de broedloze periode  een winterbehandeling gedaan tegen de varroamijt. Dit om bijenvolken gezond te houden  omdat deze mijt bij een te grote besmetting veel schade kan aanrichten. De besmette bijen zijn gevoeliger voor allerlei virussen wat ten koste gaat van de  vitaliteit van het bijenvolk.